Achter het huis van de drie zusjes Anna (9), Lynn (10) en Britt (11) is een lapje grond waar flink wat dieren zijn gehuisvest. Via een bruggetje en een hekje kunnen de meiden naar hun dieren toe. Er kwaken bergeenden, kakelen kippen en duiven vliegen om je hoofd. Maar als je het hoekje omloopt kijken de meest schattige, wollige bewoners van het weitje je nieuwsgierig aan.
Een groep van alpaca merries met hun jongen kijkt mij onderzoekend aan. Voor de jonge dames is een interview en fotoreportage al best spannend, maar voor de dieren ben ik als vreemde bezoeker zowel interessant, als toch ook wel een potentieel gevaar. Gelukkig is vader Arno Hoogendijk erbij en stelt de dieren gerust.
Op de foto
De dieren hebben beschikking over een stal bij het pleintje. Daar staan ze nu allemaal even bij elkaar voor de foto. Sommige dieren zijn handtam en mak en zijn het gewend aan een halster mee te lopen. Zij kunnen opgesteld worden voor de foto en kijken prachtig in de lens. Andere (jonge) dieren moeten daar nog rustig aan wennen, aan vastgehouden worden en een halster om. Zij draaien dan ook regelmatig hun kont naar de camera. Gelukkig zijn de drie dochters Hoogendijk volleerde modellen. Zij staan lachend op elke foto.
Lekker de wei in
Achter het plein ligt een groene grazige weide. Zodra de foto gemaakt is, mogen de dieren daar lekker rennen en grazen. Ze zijn hun angstige gevoel inmiddels kwijt en zijn vooral heel nieuwsgierig. Misschien heeft er iemand lekkere brokjes meegebracht? Dat is een kans die vooral de aller-tamste, grote witte alpaca Sabrina niet wil missen! Binnen aan de keukentafel komen de verhalen los over deze bijzondere dieren van de familie Hoogendijk.
Ook mindere leuke klusjes
Britt vertelt: “Elke ochtend worden de dieren bij de stal op het pleintje gevoerd. Ze krijgen dan biks, een soort brokjes speciaal voor alpaca’s. Verder krijgen ze hooi (vooral in de wintermaanden) en eten ze gras. Boerenkool vinden ze trouwens ook heerlijk hoor!” Dat voeren is een leuk en gezellig klusje. Maar er zijn ook klusjes die wat minder leuk zijn. “Zo hebben we om de beurt poep-schep-dienst,” vertelt Lynn. “Alpaca’s hebben een soort toiletplek. Ze poepen elke keer op die zelfde plek, dus we hoeven gelukkig niet de hele wei schoon te ruimen, maar alleen die ene plek netjes te houden.”
Karakters
De grote groep bestaat uit moeders en hun jongen. Twee heren/hengsten staan apart van de groep. Arno: “Elke dier heeft een eigen karakter. Dieren die (deels) met de fles zijn groot gebracht –zoals de kleine bruine merrie Fieke- zijn sneller handtam dan anderen.” “Sabrina is momenteel de tamste van allemaal,” vertelt Britt. “Op de foto heb ik Loïs vast,” gaat Anna verder. “Loïs staat heel laag in rang en moesten we vaak even apart nemen om te zorgen dat zij voldoende kon eten. Zij is nog jong en moet nog wel wennen, maar ik weet zeker dat zij ook heel mak gaat worden.”
Bijzondere wol
De dieren worden al 14 jaar door de familie gefokt. “Je probeert steeds mooiere, maar ook vooral gezonde dieren te fokken. Het zijn hele elegante, zachte en aaibare dieren. De wol verkopen we en is bijzonder geliefd door de bijzondere structuur en zachtheid,” legt Arno uit. “Pas de laatste paar jaar zijn we ook bezig met het handtam maken.” Anna lacht: “Als ze op de tafel moeten liggen om geschoren te worden zijn ze niet zo lief hoor. Dan gillen ze soms en dan willen ze nog wel eens spugen ook! Dat stinkt!”
Handig om te weten
Als ik de meisjes vraag wat ik in elk geval over alpaca’s moet onthouden, vertellen ze: “Een alpaca is geen lompe lama, maar een heel schattig, lief en elegant dier. Kijk maar eens goed naar de oren, de lama met zijn kromme oren en onze alpaca’s met hun mooie wollige rechte oortjes!” Vader Arno knikt trots naar zijn dochters, met de liefde voor dieren zit het in elk geval wel goed bij deze drie kanjers.