De Koopmanspolder is lekker nat, en dat trekt weer vele vogels. Momenteel, half maart, zijn de grauwe ganzen met enkele honderden aanwezig.
Het gaat zowel om broedvogels, in de Koopmanspolder en de vooroever, als om doortrekkers. We zien nu ook veel brandganzen, bonter en kleiner, maar dit zijn doortrekkers.
Kuifeenden zie je nu ook veel, mannetjes opvallend zwart-wit en vrouwtjes donkerbruin. Ze baltsen nu volop en datzelfde geldt voor tafeleenden, waarvan de mannetjes een opvallende rode kop hebben. Beiden zijn duik-eenden en je ziet ze dus in de sloten.
In het ondiepe water zien we vooral veel wintertalingen, de kleinste eend, maar ook slobeenden met opvallend witte borst, en pijlstaarten met een créme borst en verlengde staartveren. Dit geldt voor de mannetjes want de vrouwtjes van beide soorten zijn eenvoudig bruin gekleurd.
Daarnaast hebben we nog 2 soorten eenden: wilde eend en krakeend, zie plaatje. Recent zijn er enkele heel bijzondere soorten gezien: een zeearend met een vleugelspanwijdte van 2 tot 2,5 meter(!!!) is even wezen kijken en datzelfde geldt voor een andere grote roofvogel: de Rode Wouw!
Watersnippen blijven zich verstoppen maar toen er verstoring was, vlogen er plots 120 exemplaren op. Dat zijn er niet weinig, en grutto’s zijn nu ook telkens aanwezig met met enkele tientallen vogels. Een leuke soort die we ook al enkele keren zagen, is de Roodborsttapuit, een gewone broedvogel de duinen. Sinds kort loopt er een klein koppel schapen om ons te helpen met het beheer, en is ook weer goed voor de biodiversiteit.
Deze herfst en winter hebben we met een groep vrijwilligers weer wilgen gewied in het natte deel, en ingekort in het droge deel. In dit deel gaat het nu meest om het verwijderen dan wel inkorten van bramenstruweel. Een beetje bramen is leuk voor de natuur, insecten en vogels, maar het moet niet te gek worden. Daarom zijn nu de meeste struwelen geknipt en de wortels uitgestoken. Waarschijnlijk zal dat niet voldoende zijn, maar volgend winter gaan we gewoon weer verder. Momenteel doen we niets om de vogels rust te geven om te gaan broeden.
Vanaf april laten we het water weer langzaam zakken zodat slikrandjes ontstaan waar dan weer doortrekkende steltlopers graag foerageren.
Te denken valt aan: kemphaan, strandlopers, oeverlopers, plevieren en ruiters. Hoogtepunt van hun trek valt in april tot en met half mei.
Vanaf de bankjes met de zon in de rug, kunt u het gebied en de vogels prima overzien!
Marco van der Lee, beheerder Koopmanspolder
Agrarische Natuurvereniging Hollands Noorden